Welkomstwoord

 
Blij dat ik leef! – Jubileumconferentie

Ann Van den Buys, voorzitter Persephone VZW

Welkomstwoord

Goedemiddag allemaal. Ik vind het een hele eer om namens Persephone vzw zo veel mensen te mogen verwelkomen, in het bijzonder al onze grote en kleine sponsors, want zonder hun financiële steun zaten we hier vandaag niet en konden we u evenmin ons boek aanbieden. Ik kan er meteen bijvertellen dat onze sponsors zo vrijgevig zijn geweest dat we ons boek ook zullen kunnen uitgeven in gesproken vorm. Dat was in onze oorspronkelijke begroting niet voorzien. En dat is niet alles. Op de uitnodiging kon u lezen dat in de toegangsprijs 1 drankbon was inbegrepen. Omdat onze sponsors gul waren, kunnen wij dat ook zijn. In de toegangsprijs is vandaag alle drank inbegrepen. Ik vraag voor hen allemaal een warm applaus.

Bij een viering van een 10-jarig bestaan hoort natuurlijk een historisch overzicht. Hoe is het allemaal begonnen? Zoals vaak gebeurt, speelde het toeval daarin een grote rol. U moet weten dat ik in mijn jonge tijd voorzitter ben geweest van KVG Jongerendienst. ‘Jongeren’ is wel relatief, want bij KVG loopt dat van 16 tot 30 jaar. Toen ik vooraan in de dertig was, vond ik mezelf echt wel te oud om nog een jongerendienst te trekken. Ik bood er mijn ontslag aan. Kort nadien plofte er een brief van KVG in mijn bus. DPI wilde in Europa een vrouwencomité oprichten en plande een stichtingsvergadering in Duitsland. Of ik daar namens KVG naartoe wilde gaan? Ik heb altijd graag gereisd en op internationaal niveau gewerkt, dus ik nam de uitdaging aan. Het kersverse Europese vrouwencomité besliste dat, in landen waar er nog geen werking was voor vrouwen met een handicap, er een moest komen. Toevallig – hier komt het – was ik op die stichtingsvergadering de enige uit België. Terug hier ging ik dus op zoek naar een beweging voor vrouwen met een handicap. Ik moet zeggen dat ik in die tijd helemaal niet thuis was in de vrouwenbeweging. Ik had me als vrouw ook nog nooit gediscrimineerd gevoeld. Maar ook vrouwen die er wel in thuis waren hadden nog nooit van het bestaan van zo’n beweging gehoord. Belofte maakt schuld; ik kon dus niets anders dan een beweging voor vrouwen met een handicap oprichten, hoewel ik de noodzaak ervan niet echt inzag. Eerste vraag: wie wordt mijn compagnon? Ik ging aankloppen bij Ria Vander Kerken. Ria had indertijd de Jongerendienst van KVG mee opgericht en later ook de Dienst Aangepast Vervoer van Antwerpen. Alle goeie dingen bestaan uit 3; ik vond dat Ria onze vrouwenbeweging ook mee kon oprichten… en ze wilde dat nog doen ook. U ziet, de wortels van Persephone liggen bij KVG. Daarom geven we straks ook het woord aan KVG.

“Wat zijn de doelstellingen van onze vereniging?”, vroeg Ria me. Vrouwen met elkaar in contact brengen om ervaringen uit te wisselen, dat was er alvast één. Informatie doorgeven aan al wie er nood aan heeft, twee. Belangenbehartiging, derde doelstelling. Welke kleur kozen we? Geen. Of liever, allemaal. We zijn pluralistisch en politiek ongebonden. Een beweging moet ook een naam hebben. Waarom geen mythologische figuur? Ria dook in haar encyclopedie en zo ontdekten we Persephone. 
Persephone is één van de drie kwetsbare Griekse godinnen. Zij staat open voor verandering, houdt rekening met het onderbewuste, geeft ruimte aan anderen en last but not least biedt ze de meeste groeikansen. Wie de mythologie kent, ziet nog iets. Persephone, dochter van Demeter en Zeus, wordt op een mooie (?) dag geschaakt door Hades. Zeus is woedend op Hades en degradeert hem als straf tot koning van de onderwereld. Demeter wil uiteraard haar dochter redden en maakt haar beklag bij Zeus. Samen komen ze tot een compromis: zes maanden per jaar mag Persephone bij haar familie wonen; de andere maanden moet ze bij haar man blijven. De maanden dat Persephone in de onderwereld woont, is het herfst en winter; de andere maanden is het lente en zomer. Wij, vrouwen met een handicap, vinden ons terug in dit verhaal. Net als Persephone blijven wij niet zitten bij de donkere periodes van ons leven. Steeds opnieuw zoeken wij de weg naar het licht.

We startten in januari 1995 met een groepje van 5 vrouwen een reeks gespreksnamiddagen. Het werden geanimeerde discussies over privacy en hulp en assertiviteit en zelfredzaamheid. Best leerrijk, maar ik bleef me afvragen waarom vrouwen met een handicap een aparte vereniging nodig hadden. Een jaar na onze oprichting kwam er telefoon van de dienst welzijn van de provincie Antwerpen. Een sociaal assistente was voor één van haar cliënten op zoek gegaan naar een toegankelijk vluchthuis. In heel de stad Antwerpen was er geen en in de provincie evenmin. Of wij daar iets aan konden doen? Plots zag ik in dat onze vereniging nut had. Toveren konden we niet, maar een briefschrijfactie opzetten wel. We schreven alle opvang- en vluchthuizen in Vlaanderen aan met de vraag of zij desgevallend een rolstoelgebruikster konden opnemen en deden meteen enkele simpele suggesties om de toegankelijkheid van hun huis te verbeteren. De antwoorden van de huizen waren ontstellend: in heel Vlaanderen bleek slechts één opvanghuis te bestaan waar rolstoelgebruikers terecht konden. Huiselijk geweld tegen vrouwen met een handicap kwam officieel gewoon niet voor! Niet alleen waren hulpverleningscentra er niet klaar voor; er bestonden zelfs geen statistieken over, er waren geen weerbaarheidstrainingen, niets! Wilden we daar verandering in brengen, dan hadden we werk voor jaaaaaren. Of bleven we gewoon gezellig gespreksnamiddagen organiseren in de hoop dat anderen die karwei op zich zouden nemen? Anderen? We waren – en we zijn nog steeds – de enige vereniging van vrouwen met een handicap in België. Als wij het niet doen, doet niemand het. Bij struisvogelpolitiek hebben alleen de daders baat. We hebben er ons in vastgebeten. Het minste dat je kan zeggen, is dat we de voorbije jaren niet stil gezeten hebben:

• In 1997 (in volle post-Dutroux periode) organiseerden we de eerste zelfverdedigingscursus en weerbaarheidstraining voor vrouwen met een handicap ism Refleks en KVG. De belangstelling was zo groot dat we heel wat mensen moesten weigeren. Het jaar nadien herhaalden we dit initiatief. De zaak Dutroux was niet meer actueel. Was daarmee de openheid rond huiselijk geweld weer verdwenen? In 1998 kregen we maar nipt voldoende deelnemers bij elkaar.
• Ook op Europees vlak proberen verenigingen het taboe rond huiselijk geweld tegen vrouwen met een handicap te doorbreken. In 2001 namen we deel aan een Europese conferentie hierrond. In 2002 gaven we zelf een brochure uit, die op vraag van de Europese koepel, werd vertaald in het Engels en het Frans. We mogen zeggen dat onze brochure ondertussen weid verspreid is. Nu halen nog steeds enkele mensen per maand ze van onze website.
• We togen met onze brochure naar Mieke Vogels, toenmalig Vlaams minister van welzijn en gelijke kansen en vroegen haar aandacht met name voor de ontoegankelijkheid van vluchthuizen en wezen haar op het ontbreken van cijfergegevens.
• Vorige maand ging er een tweede Europese conferentie door over geweld tegen vrouwen met een handicap en ook daaraan hebben we deelgenomen.
Brengt het allemaal aarde aan de dijk? Ja. Langzaam maar zeker – maar zeker langzaam – zien we de toegankelijkheid van vluchthuizen verbeteren. Slachtoffers komen wat gemakkelijker met hun verhaal naar buiten. Globale cijfergegevens – wat wij al jaren vragen – zijn er nog steeds niet, maar er loopt toch al wat wetenschappelijk onderzoek.

In 1999 viel er een totaal ander thema uit de lucht: moeders met een handicap. Het deed stof opwaaien, aanvankelijk alleen binnen onze vereniging. Later groeide er een hele reeks publicaties uit en 2 studienamiddagen. Rond Persephone ontstond zo een netwerk van moeders met een handicap. Vrouwen die overwegen om een gezin te stichten of op zoek zijn naar praktische tips, kunnen bij hen terecht. 

Sinds 1999 nemen we deel aan de jaarlijkse Vrouwendag op 11/11. We stapten in 2000 mee met de wereldvrouwenmars tegen geweld en armoede, en ook dit jaar waren we daarbij.

In 2003 sloeg het nieuws over de ouders die tegen hun gynaecoloog een proces aanspanden omdat ze niet hadden kunnen kiezen voor abortus, bij ons in als een bom. Is onze maatschappij zo ziek dat het voor ouders onmogelijk is geworden om een kind met een handicap te laten opgroeien tot een volwaardig mens? Dood zijn lijkt beter dan een handicap hebben. Een onthutsende vaststelling. En voor ons de directe aanleiding tot het schrijven van het boek dat we vandaag aan u voorstellen. Wij, die allemaal kunnen spreken uit ervaring, zeggen luid en duidelijk: leven met een handicap is veel meer dan een tranendal, ons leven is niet zwart maar veelkleurig, wij zijn blij dat we leven!

Het zou mooi zijn, als we u binnen 10 jaar konden verwelkomen met de mededeling dat gehandicapte slachtoffers van geweld de hulp krijgen waar ze recht op hebben, dat geweldpreventie voldoende middelen krijgt, dat vrouwen met een handicap die een gezin willen stichten, genoeg ondersteuning krijgen om hun droom waar te maken. Het zou mooi zijn, als we u dan konden vertellen dat de dubbele discriminatie van vrouwen met een handicap op vlak van studies en werk, verdwenen is. Het zou mooi zijn, als onze maatschappij dan genezen is en mensen met een handicap kan zien als een rijkdom. Dan zou onze vereniging overbodig geworden zijn omdat ze haar doel bereikt heeft. 

Beste mensen, zo ver zullen we binnen 10 jaar niet staan, maar dat is voor ons geen reden om bij de pakken te blijven zitten. U merkt het: Persephone sensibiliseert, werkt occasioneel samen met andere verenigingen, klopt op tafel bij de overheid als het nodig is, geeft vrouwen met een handicap de kans om ervaringen uit te wisselen. We werken rond alles wat samenhangt met vrouw zijn en een handicap hebben. Al zijn dat serieuze thema’s, ik kan u geruststellen: een vleugje humor is nooit veraf. Net als de godin Persephone, vinden we steeds weer de weg naar het licht. Waar we binnen 10 jaar zullen staan, weet ik niet, maar van één ding ben ik overtuigd: we gaan door, in de hoop dat ons ledenaantal groeit, dat onze uitstraling groeit, in de wetenschap dat wij ons steentje kunnen bijdragen aan een betere wereld.

Ik ben begonnen met onze sponsors te bedanken. Tot slot wil ik alle mensen bedanken die ons occasioneel helpen en last but not least, alle mensen die zich, vaak al jaren, dag in dag uit inzetten en onze vereniging de dynamiek gegeven hebben die ze nu heeft. U mag het weten, Persephone draait al 10 jaar lang 100% op vrijwilligers. Ook – en vooral – deze mensen zijn een applaus waard.

<Terug>